De sluitertijd is hoe lang de camera ‘open’ staat. Het is een heel krachtig onderdeel van fotografie. Hiermee worden dingen zichtbaar die niet zichtbaar zijn voor mensen. De sluitertijd van het menselijk oog is ongeveer 1/50 van een seconde. Op een camera zijn sluitertijden mogelijk van 1/8000 van een seconde tot uren. Welke mogelijkheden dit biedt, leg ik in dit artikel uit.
Tijd
Sluitertijd is dus een tijdsduur. In de begintijd van de fotografie was er veel licht nodig voor het maken van een foto. De fotograaf haalde de dop van de lens om een foto te maken, en iedereen moest heel lang stilzitten. De eerste fotostudio’s hadden zelfs speciale stoelen waarin je hoofd ondersteund werd zodat je beter stil kon zitten.
Langzaam werd het fotografisch materiaal steeds beter, en werden snellere sluitertijden mogelijk. Inmiddels is het gebruikelijk dat we foto’s maken ‘in een fractie van een seconde’. De sluitertijd zie je dan ook meestal als een breuk: 1/60. Dit is dus een 60ste deel van een seconde. Sluitertijden tussen de 1/30 en 1/500 zijn het meest gebruikelijk. Langzamer dan 1/30 loop je veel risico op bewegingsonscherpte en voor sneller dan 1/500 heb je veel licht nodig.
Snelle sluitertijden
Een snelle sluitertijd bevriest beweging. Dit vind ik één van de unieke eigenschappen van fotografie. Fotografie kan de tijd laten stilstaan. Zelfs zo’n kort moment, dat waterdruppeltjes in de lucht blijven hangen. Dit kan hele creatieve beelden opleveren, zoals de foto van de ijsbeer hierboven. De foto is gemaakt met een sluitertijd van 1/1250s.
Lange sluitertijden
Lange sluitertijden bieden juist de mogelijkheid om beweging te laten zien die anders te langzaam gaat. Denk aan het voorbij drijven van wolken of de beweging van sterren. Het kan ook heel artistiek zijn om ‘normale’ beweging te vervagen door een lange sluitertijd. De sluitertijd om de vleugelslag van een vogel als een veeg te tonen, kan nog steeds onder de seconde zijn. Wil je de beweging van sterren laten zien, dan gaat de sluitertijd toch echt naar vele minuten.
In de landschapsfotografie wordt water vaak als een waas weergegeven. Dit effect is niet mogelijk zonder hulpmiddelen. Onderstaande foto van Adam Karnacz heeft een sluitertijd van twee minuten, bij een diafragma van f/11. Om te zorgen dat de foto niet zwaar overbelicht zou worden, gebruikte hij een 10-stops ‘neutral density’ (nd) filter. Dit is een filter dat licht spaarzaam doorlaat, maar niks aan de kleur verandert.
Sluitertijd en brandpuntsafstand
Je moet er met je sluitertijd rekening mee houden dat je onderwerp beweegt. Een wandelende beer zal onscherp zijn bij 1/100 maar scherp op 1/1000. Maar je moet er ook rekening mee houden dat je zelf beweegt. Zelfs landschapsfoto’s of foto’s van andere statische onderwerpen kunnen onscherp worden door de beweging van je hand.
Deze beweging wordt ‘uitvergroot’ als je een telelens gebruikt. Daarom is er een regel dat je uit de hand moet fotograferen met een sluitertijd die minimaal de breuk is van je brandpuntsafstand. Met een 50mm lens dus minimaal 1/50s met een 200mm lens minimaal 1/200s. Kan dat niet door de omstandigheden, dan is een statief wenselijk.
Lenzen en camera’s krijgen steeds betere stabilisatie-systemen om de bewegingen op te vangen. Toch vind ik het nog steeds een goede leidraad.
Flitssynchronisatie
Met flitsers moet je in het bijzonder op je sluitertijd letten. Je bent gauw geneigd te denken dat je toch voldoende licht hebt, dus dat je wel een hele snelle sluitertijd kan gebruiken. Is de sluitertijd echter te kort, dan zie je de sluiter op de foto. Zie foto hieronder. De minimale tijd die nodig is, de flitssynchronisatietijd, staat in de handleiding van de flitser en zal meestal rond de 1/200s liggen.
Sluitertijdvoorkeuze
Als je bij het maken van een foto bewust kiest voor een sluitertijd, dan doe je dat op je camera via sluitertijdvoorkeuze. In het Engels worden de termen shutter speed en time value gebruikt. Wil je de sluitertijd kiezen, en de camera de rest uit laten rekenen? Kies dan in het camera-menu voor S (Nikon/Panasonic) of Tv (Canon/Pentax).
Engels
Het kan inspirerend zijn om via bijvoorbeeld Google naar afbeeldingen te zoeken met lange en korte sluitertijden. Omdat deze termen wat verwarrend kunnen zijn in het Engels, hierbij de vertalingen:
Snelle sluitertijden: fast shutter (speed)
Lange sluitertijden: long exposure
Flitssynchronisatie: flash sync